Goed rentmeesterschap wil voor mij zeker ook zeggen dat je als terrein beherende (natuur)organisatie ervoor zorgt dat de generatie na ons en de generaties daarna ook nog houtachtige grondstoffen tot hun beschikking hebben. Het wordt dan zo mooi uitgedrukt als ‘staande voorraad’, een levende opslag eigenlijk.
Er wordt maar een maximale hoeveelheid van de jaarlijkse bijgroei geoogst, zodat er altijd een appeltje voor de dorst is wanneer er een verwoestende storm of andere natuurverschijnselen voorbijkomen, waardoor er ineens veel sterfte is. Een voorraad die eigenlijk alleen maar verder aangroeit, maar je bij sommige boom- /houtsoorten nou juist ook weer niet té lang mag laten staan waardoor het hout on- of minder bruikbaar wordt. Nu zegt enkel kubieke meters voorraad an sich natuurlijk nog niets, maar gaat het ook om de leeftijdsspreiding en kwaliteit van het bos. Een land met een gezond bos, met een mooie staande voorraad is een land dat dus inderdaad een appeltje voor de dorst heeft en kan oogsten wanneer dit nodig is.
Wat voor bos?
In de huidige politiek vliégen momenteel de natuurambities ons om de oren, de hectares, de doelstellingen qua biodiversiteit, qua flora en van fauna. Daar waar boeren verdwijnen ontstaat er hier en daar natuurlijk ook plek om iets met die percelen te gaan doen, waaronder de ambitie om 10% (37.000 ha) meer bos te realiseren voor 2030.
Maar nu is uiteraard de vraag: wát voor bos? Beste terreinbeheerders en natuur-creëerders, het ene sluit het andere niet uit. Onlangs was ik aanwezig bij een plantactie waarbij agrarische grond omgevormd werd tot bos.. Het project werd gefinancierd door bedrijven die graag op de foto wilden om op grond van een ander hun CO2 uitstoot te compenseren. Vrijwel alle bomen die we aanplantten waren met de grootste zekerheid niet uitgezocht op houtproductie.
Zo kreeg ik ook van de beheerders te horen dat er niet bepaald beheer of selectie zou gaan plaatsvinden. Dit terwijl, zoals gezegd, het ene het andere toch niet uit hoeft te sluiten? Waarom wordt de aanplant gedaan door amateurs? Waarom laten we daardoor een hogere sterfte toe? En wie bepalen de soorten en daarmee wat we doorgeven aan de volgende generaties? Soms worden ook tussenconstructies opgetuigd, iemand regelt de uitkoop van de boer, de ander beplant het land en na een aantal jaren wordt het verkocht aan de grote TBO. Meerdere spelers met een korte termijnblik, terwijl bossen juist vragen om beleid over vele jaren.
Voor de kachel?
Ik hoop dat we ook voor de toekomst zorgen voor een goede lokale houtvoorziening. Volgens Probos is in 2021 de hoeveelheid geoogst industrieel rondhout maar de helft van de hoeveelheid haardhout dat geoogst wordt. Voor uw begrip: in Duitsland is ‘maar’ 11 miljoen m³ van de 80 miljoen m³ aan houtoogst bedoeld als Energieholz. Dat zijn dus hele andere verhoudingen. Terwijl, voor primaire houttoepassingen is Nederland maar voor 4,9 procent zelfvoorzienend. Gaat er bij u al een alarmbel af?
Als je er nu niets aan doet dan heb je over een aantal decennia niets meer om te oogsten, bestaat je staande voorraad enkel uit kromme bomen en staan er de verkeerde soorten, want van een zoete kers ga je geen huis bouwen. Om even cynisch af te sluiten: bijna al je hout uit het buitenland gehaald, maar in Nederland wel fijn onze natuurdoelstellingen behaald.
De blog Splinter wordt geschreven door een selecte en gevarieerde groep vaklieden in de houtsector