Zo, die kwam wel even binnen, dat stuk in de Volkskrant over de bosbouw in Zweden. Geschetst wordt een duister beeld van de supermachtige bosbouwlobby die half Scandinavië (want in Finland schijnt het nog erger te zijn) heeft volgezet met monocultureel productiebos en het biodiverse oerbos heeft gekapt. Kan best wel eens waar zijn. Daar is veel tegen. Maar niet dat het niet helpt bij CO2-opname.
Ik kan me er veel bij voorstellen. Zelf hebben we het met de vissers: onze regering liegt en bedriegt ten behoeve van de visserijsector in het pulsvis-dossier, zoals onlangs keihard is uitgekomen. En dan de boeren. Ik kan me nog van jaren terug herinneren hoe de collega’s van een leidend vakblad in de agrarische sector erg trots waren op hun beschrijving van de Nederlandse lobby in Brussel voor de boerensector in verband met mestquota. Toen ik zei dat dat niet erg onpartijdig was en dat ze in wezen beschreven hoe de EU om de tuin werd geleid, werd dat niet begrepen.
Laat ik niet dezelfde fout maken. Van onze man in Finland, Willem van Bolderen, begrijp ik dat daar, in ieder geval in de wijde omtrek rond Helsinki, inderdaad bijna uitsluitend productiebos staat, dat nu massaal tegen de vlakte gaat omdat de houtprijs zo hoog is. Dat is te zeggen: wel selectief tegen de vlakte, want verantwoord bosbeheerd. Wat betekent dat je het bos in tact houdt, selectief kapt en weloverwogen bijplant. Maar dan wel met steeds dezelfde dennensoort, want dat is waar vraag naar is.
Hun bosbouw als onze landbouw. In Nederland dromen mensen daarvan: weilanden er uit, bomen er in en over een jaar of vijftig bouwen we huizen van eigen hout. Maar het neemt dus ook een bomenlobby met zich mee. En lobbyen betekent bijna altijd verlies van waarheidswaarde. Zoals het pleiten voor biomassa. Die redenering krijg je toch echt niet rechtgerekend; wie CO2 wil opzuigen uit de atmosfeer moet het er niet inblazen. Ook niet als het komt uit biogeen materiaal waarin het dus eerst is vastgelegd. In het beste geval zet je de kringloop voort, maar je onderbreekt hem niet.
Papierproductie, ook zo’n ding waar de Borealen goed in zijn. En de Nederlanders trouwens ook. Ik ben opgegroeid in papierbomenland; op de Veluwe. Van dat hout kun je nauwelijks een plank zagen, dat gaat allemaal de versnipperaar in. En zolang we dat blijven doen blijft de papierprijs laag, ook van gebruikt papier, en moet er geld bij het recycleproces in plaats van dat het opbrengt.
Als productie voor biomassa en papierproductie van virgin hout zou worden teruggedrongen zou er al heel anders bosbebouwd worden. Dan ging het alleen nog om hoogwaardige stammen van een respectabele grootte en leeftijd. Dat zou al helpen. Maar nog niet voor het bevorderen van biodiversiteit in die uitgestrekte monoculturele wouden. Daar zijn struiken voor nodig. Open plekken. Loofhout.
In de Duitstalige landen is dat nu ingezien. Geholpen door verdroging en terreur van kevertjes. Daar zijn ze nu met man en macht aan het uitzoeken wat je allemaal met beuken kan. Met berken. Met eiken, zelfs. Maak het een verdienmodel en het bos wordt diverser. Maar een biodivers bos, tsja, daar kom je liever helemaal nooit meer, dat laat je groeien en leven en daar laat je leven wat er leven wil. Dat brengt geen hard geld op. Alleen maar diverse levensvormen, maar wat koop je er voor?
Een veredeld forestry-keurmerk zou van de bosbouwer eisen dat hij niet alleen zijn eigen arealen goed onderhoud, door meer te planten dan hij oogst, maar zou daarnaast ook nog eens moeten eisen dat hij voor elke boom productiehout ook nog een boom in een oerbos terugplaatst. En er daarna nooit meer naar omkijkt. Hoe mooi is dat?
Ondertussen: jonge bomen nemen meer CO2 op dan oudere. Als het hout geoogst wordt en niet verbrandt slaat het CO2 op, dat zolang het blijft bestaan opgeslagen blijft in dat hout. Hoe cynisch ook: monoculturele bosbouw voor de houtbouw is écht goed voor de CO2-balans van de planeet. Voorzover er nog van balans sprake is.
Eindelijk een goed onderbouwd betoog. Ik had wel iets meer verwacht van FSC en PEFC in die richting.
We weten immers, dat het bosareaal op het noordelijk halfrond sinds meer dan een eeuw in belangrijke mate is toegenomen en als zodanig veel CO2 “opzuigt”.
De grootste zorg is de groeiende wereldbevolking waardoor ook op de langere termijn veel bos zal moeten wijken voor de landbouw.