Het FLEGT-programma van de FAO-EU en het European Forest Institute helpen bedrijven al enkele jaren om legaal hout te produceren en te verwerken. In een gezamenlijke publicatie maken ze duidelijk wat de voordelen zijn van het formaliseren van het werk is de bossector.
Formalisatie zal nooit wenselijk of praktisch zijn voor alle bedrijven in de bosbouwsector. Vooral niet in contexten waar de rechtsstaat en/of wetshandhaving zwak is. Ze worden daarom ook nooit gedwongen te formaliseren. Maar als deze ondernemingen ervoor kiezen om hun bedrijf te formaliseren, moeten ze daarvan kunnen profiteren. Dit omvat bedrijfsontwikkeling en krediet, toegang tot markten en een beter vermogen om deel te nemen aan legale en duurzame toeleveringsketens.
Wereldwijd werken ten minste 41 miljoen mensen in de informele bossector – meer dan drie keer de 12,5 miljoen die in formele bosbouwgerelateerde bedrijven werken.
In de informele bosbouwsector worden micro-, kleine en middelgrote ondernemingen (MSME’s) vaak gekarakteriseerd als “illegaal”. Dit is het geval wanneer hun productiewijzen, grondstoffenbronnen of juridische status niet voldoen aan de wettelijke vereisten van hun land.
Kernboodschappen
De publicatie heet Promoting legality within the private forest sector: obstacles and incentives to formalization. Hierin staat onder meer dat bedrijven economische voordelen moeten kunnen halen uit hun formalisatie, bijvoorbeeld op het gebied van bedrijfsontwikkeling en kredietverstrekking. Ook zouden ze meer toegang tot markten moeten krijgen en meer vermogen om deel te nemen aan legale en duurzame toeleveringsketens. Ook is formaliteit vaak een voorwaarde om mee te kunnen praten over beleid en hervormingsprocessen.
Om goed te kunnen formaliseren, moeten de processen hiervoor wel vereenvoudigd worden. Het minimaliseren van de bijbehorende kosten is een belangrijke eerste stap. Dit kan door het bevorderen van digitale registratieprocessen en registraties ter plaatse.
Formalisatie vereist betrokkenheid op lange termijn. Daarom hebben bedrijven baat bij de versterking of oprichting van entiteiten die bedrijven ondersteunen, zoals verenigingen of coöperaties. Deze formalisering vereist aanzienlijke sectoroverschrijdende steun binnen regeringen.
De sector moet verschillende mechanismen voor het verzamelen van gegevens over de werkgelegenheid in de bosbouwsector uitproberen. Dit moet de mate van informaliteit duidelijker in kaart brengen.
