Vertegenwoordigers uit de bosbouw- en houtsector in Suriname stellen dat de export van hout in gevaar is. ‘Onze sector kan de prijsverhogingen niet meer aan.’
Ze doelen daarmee op de recente eenzijdige en in hun ogen exorbitante verhogingen van exploratierechten, concessierechten, retributie en de kosten voor houtkeuringen.
Niet alleen export is in gevaar, ook de lokale markt zal te maken krijgen met prijsstijgingen voor bijvoorbeeld hout voor de woningbouw. ‘Zo wordt hout onbetaalbaar.’
De huidige export komt in gevaar, omdat de plotseling verhoogde kosten niet doorberekend kunnen worden in de reeds door de buitenlandse afnemers overeengekomen prijzen, laten de Algemene Surinaamse Hout Unie (ASHU), Binnenlandse houtproducenten (BHP), Vereniging van Rondhout Exporteurs (VRE) en de Verenging van Vrachtrijders (VV) weten in een brief aan de president.
Inkrimpen
Via deze brief (17 maart) geven de bezorgde ondernemers hun bezwaren aan tegen de recente verhogingen. De experts denken dat de rondhoutproductie door de verhoogde kosten substantieel zal inkrimpen. Uitoefenen van duurzaam bosbeheer komt ook ernstig in gedrang.
De SBB in Suriname, de stichting voor bosbeheer en bostoezicht implementeert de per 1 maart afgekondigde verhogingen nu met terugwerkende kracht in de bosbouwsector.
In 2022 hebben er ook al verhogingen plaatsgevonden zoals die van de FOB- waarde. Als gevolg hiervan steeg de retributie van US$ 4.84 naar US$ 8.80 per kubieke meter. Eveneens heeft de overheid besloten om de subsidie op brandstof af te bouwen, waardoor de dieselprijs van US$ 0.60 per liter thans gaat richting US$ 1.10 per liter, een verhoging van ongeveer 80 procent.
De verhoging van het minimum uurloon heeft ook bijgedragen aan de verhoogde productiekosten. Ook neemt de houtsector het onderhoud van openbare wegen en bruggen in het binnenland vaak voor eigen rekening, wat eigenlijk een taak van de overheid is.